Een nieuwe kolonie in Castro (2)

Het drama van de getekenen en ongetekenden op Ribeirão

In het eerste deel van zijn brief deed pater Cornélio Strooband verslag van zijn aankomst in Castro en de aanwezigheid van twee Nederlandse protestantse kolonies in de nabijheid. Een goed land voor Hollandse emigranten was zijn conclusie, maar waarom niet voor katholieken? Strooband ging hierover praten in Rio de Janeiro en kreeg daar de suggestie om eens poolshoogte te gaan nemen in Ribeirão en verslag te doen van het conflict dat zich daar afspeelde tussen de boeren die het nieuwe contract met de coöperatie hadden getekend en zij die dat bleven weigeren.

Toen kwam de kwestie Ribeirão. Dat was in januari. Ik was in Rio bij de vice-president van het Braziliaanse immigratiecomité. Die mensen waren mij allemaal zeer goed gezind, zoals ook de immigratiefunctionarissen van de staat Paraná. Ja, zei Dr. José Viera de Oliviera, zou je mij dan niet een plezier kunnen doen. Ga dan een vertrouwelijk bezoek brengen aan Ribeirão. Daar kun je nuttige ondervinding op doen en ik had graag een betrouwbaar nauwkeurig verslag van de situatie daar. Okee.

Ik had wel eens van Ribeirão gehoord, goed en slecht, misschien meer slecht dan goed. Jammer dat zo’n katholieke kolonie blijkbaar niet al te best ging. Nee het ging blijkbaar niet zo best en ik kreeg een paar inlichtingen. Er werd zelfs gesproken van enkele rovers en rebellen die daar tussen de anderen woonden. Enfin, ik moest maar eens gaan kijken. Ik wachtte een paar weken en won inlichtingen. Ik hoorde toen dat er een dertig families weer weg wilden trekken. En, vertelde de heer Lodder van de Hollandse legatie, ze zouden er wel een plekje voor zoeken.
Ik vond toen, dat het tijd werd dat ik er dan maar eens ging kijken. Dat was begin februari toen ik er aankwam. Toevallig trof ik al verschillende mensen in Campinas aan en we gingen samen in een auto naar “Holambra” of Fazenda Ribeirão. Een mooie gelegenheid, dus ik begon maar vast.
En, hoe gaan de zaken? En daar brak de herrie los. Ik kreeg het warm toen de twee partijen in de auto tegen elkaar begonnen te sputteren. Het was toen dat ik voor het eerst hoorde spreken van de “getekenden” en “ongetekenden”. Ik moest denken aan de remonstranten en contra-remonstranten, maar het bleek wel iets veel ergers te zijn. Beter het maar gewoon te houden bij de getekenden en ongetekenden uit het Oude Testament. In ieder geval wensten de getekenden de ongetekenden naar de hel, terwijl de ongetekenden beweerden in een hel te leven, hoewel ze meer de term concentratiekamp gebruikten.
Enfin, ik hield mij maar koest en luisterde. Ik kwam aan en sprak met het bestuur en legde het doel uit van mijn komst. De volgende dag sprak ik links en rechts met de mensen en langzamerhand kreeg ik een enigszins duidelijker beeld van de toestand. Getekenden zijn dus degenen die het nieuwe contract voor tien jaar tekenden en die dat geweigerd hadden, inderdaad een dertig families, vormden de tegenpartij.
De aanblik van de fazenda was prettig. Een heel stel goede bedrijven, andere wat minder goed. Veel materiaal en er wordt zeker door velen hard gewerkt en met goede resultaten.

Openhartig en duidelijk

Charles Hogenboom

Ik werd prettig ontvangen door mijnheer Hogenboom, regeringsvertegenwoordiger en nu ook president van de koloniën en danig verwend door de zusters. Mijnheer Hogenboom was ook zeer openhartig in het uiteenzetten van de toestand op alle gebied. Hij was ook zeer duidelijk in zijn opinie over de ongetekenden, als tenminste de woorden rovers en zwarthandelaars en oplichters na drie jaar afwezigheid uit Holland daar nog duidelijk zijn. Ik moet hier aan toevoegen dat hij dit niet van allen zei, hoewel de groep als zodanig toch wel zo betiteld werd.
Een ding was al zeer gauw duidelijk. Deze toestand was onhoudbaar voor beide partijen. Daar werd gevochten en gescholden en de politie werd regelmatig geroepen. Bovendien stonden de partijen zo scherp tegenover elkaar dat een verzoening niet mogelijk bleek.
Aan de ene kant mijnheer Hogenboom met zijn systeem en voorwaarden die onwrikbaar waren. De toestand eiste deze maatregelen en dus moest dat zo gebeuren, al moest hij over lijken. Daarbij zeer optimistisch over de te verwachten resultaten. Aan de andere kant deze groep ongetekenden, die met geen geweld tekenen willen, omdat ze de ondergang tegemoet zien van hun gezinnen en van de hele kolonie.
Wie daarvan gelijk heeft daar kan ik niet over oordelen, dat zal de toekomst moeten uitmaken. Wel weet ik dat de opgelegde lasten voor de eerste tien jaar werkelijk zeer zwaar zijn, wat overigens iedereen toegeeft. In ieder geval was een samenblijven onmogelijk geworden en dit te meer omdat allen die op het eind van het vorig jaar niet hadden getekend simpelweg van alles waren afgesneden en niets meer kregen. Geen geld, geen crediet, geen voedsel, geen meststoffen, terwijl ook hun kinderen niet meer bij de zusters naar school mochten. Als je dan zonder geld zit, omdat alles aan de coöperatie gegeven was, dan zit je wel even raar te kijken. Hoe moet je bedrijf draaien, hoe moet je gezin leven? En dat in een wildvreemd land waar zo goed als niemand de taal behoorlijk kende. Een krachtige maatregel niet waar. Lijkt wel een beetje op een middeleeuwse omsingelingsmethode. Uithongeren, dan moet je je wel overgeven.

Uitbraakpogingen
Zo was het al verscheidene maanden toen ik kwam. Toch leefden de getekenden en ook de ongetekenden nog. Er werden namelijk regelmatig uitbraakpogingen gedaan en met goed gevolg. Een logische oplossing ook. Ze moesten nu voor zich zelf zorgen en deden dat ook. De coöperatie leverde niet meer, dus ook zij niet meer aan de coöperatie. Ze verkochten zelf hun varkens, koeien etc. Er moest immers veevoer komen, er moesten meststoffen gekocht worden, levensmiddelen etc. Kortom, ze moesten toch leven. Zo ontstond dus de naam rovers, dieven en zwarthandelaars.
De een ging het beter af, de ander slechter. Enkelen verkochten wel meer dan strikt nodig was. Te begrijpen overigens, ze zouden toch de een of andere dag moeten of willen vertrekken en dan wil je wel graag iets wat je aan geld en vee en materiaal hebt meegebracht weer terugkrijgen. Wie minder had, leende van die meer had en zo ging het een tijd, maar steeds slechter. Steeds minder om te verkopen, dus steeds zuiniger leven, steeds meer voor dieven uitgescholden, steeds meer kloppartijen. Om iets te verkopen moest je ’s nachts uittrekken. Soms werden ze opgewacht en dan kwamen er nieuwe vechtpartijen. En dan had je broers, waarvan de een bij de getekenden hoorde en de andere niet en dus elkaar niet meer aankeken. En de zoon van een getekende verloofd met een dochter van een ongetekende en dat moest dan maar uit zijn. Geen denken aan dat ze nog konden trouwen etc. Begrijpt u enigszins de situatie?
Ik kwam dus bij het bestuur stoutmoedig met een voorstel voor de dag. Ik zei, laten we niet oordelen of die lui die niet getekend hebben gelijk hebben of niet. Maar dat ze recht hebben om niet deze voorwaarden te tekenen dat staat vast en dat het zo niet kan blijven dat is ook zeker. Ik voor mij kan ze niet als een troep rovers en dieven zien. Integendeel, heel goede katholieke families, die zwaar overstuur zijn door deze situatie en die geholpen moeten worden. De beste oplossing voor allemaal is, dat ze uit elkaar gaan en dus stel ik voor ze mee te nemen naar Castro in Paraná. Prachtig, best voor alle kanten. Een nieuwe bestuursvergadering. De zaak werd besproken en goedgekeurd en voorwaarden opgesteld. Ze zouden mogen verkopen aan wie ze wilden, maar de lasten die op hun bedrijven waren komen te rusten door de zeer reële fouten in bestuur en organisatie zouden hen in rekening worden gebracht.

Eigen peultjes
Ik zal er niet op in hoeven te gaan waarom deze zware schulden op de kolonie waren komen te rusten. Dit zal genoeg bekend zijn. In enkele woorden: de organisatie was te idealistisch of laten we zeggen te communistisch. Alles voor allen en niets zelfstandig. Een Hollandse boer wil nu eenmaal op zijn eigen bedrijf zitten en zijn eigen peultjes doppen. Dan werk je prettiger, beter en leef je zuiniger. Dan moet een boer ook op zijn land kunnen werken en niet eerst een paar jaar wegen moeten aanleggen en huizen schilderen. Dan moet er ook niet zo’n zwaar bestuurslichaam zijn, met zoveel gesalarieerde leden, die bovendien nogal eens op reis moeten naar Holland of elders. Dan moet je ook niet al te veel machines, tractoren en dergelijke aanschaffen. Dan moet je ook niet eerst een stel huizen ergens bouwen om morgen te ontdekken dat ze daar niet goed staan en dan maar weer een stel nieuwe bouwen op een andere plaats. Dan moet je ook een beetje willen luisteren naar ter plaatse deskundigen, die goede raad geven aangepast aan land, klimaat etc. Ja en dan moet je natuurlijk ook niet te veel pech hebben in het begin dat vee dat dood gaat en oogsten die mislukken. Enfin, de schulden waren er en daar zouden allen die weg zouden gaan hun deel van op hun verliesrekening moeten zetten.

Ir. Heymeyer
Toen kwam dan ’s avonds de eerste vergadering met de ongetekenden. Terloops wil ik nog even vermelden dat ook ir. Heymeyer hierbij aanwezig was. Ik ben natuurlijk niet gerechtigd mijn oordeel over deze mens te geven, in hoeverre hij schuldig zou zijn aan deze catastrofe of niet. Wel heb ik het een en ander gezien dat mij wat pijnlijk aandeed. Hij is volledig zijn eigen bezit tot de laatste cent kwijt geraakt. Hij heeft maanden daar moeten leven van de aalmoezen van de boeren. Hij is daar weggemoeten zonder een cent op zak, met versleten kleren en zonder afscheidsgroet. Het recht heeft zijn beloop gehad, zegt men. Ik zei al, dat ik daar niet over kan en mag oordelen. Maar zelfs al is hem op deze manier recht gedaan, is het niet nog altijd waar wat het spreekwoord zegt: Summum jus, summum injuria? [Het grootste recht kan het grootste onrecht betekenen, MS] Moeten wij als katholieken zo op ons recht staan dat we deze persoon en dit gezin dus maar ongenadig moeten breken?
De vergadering had dus plaats. Alle niet getekenden waren aanwezig en ook… enkelen die getekend hadden. Ik wil dit terloops even opmerken, dat dus degenen die blijven en getekend hebben niet allemaal enthousiast of zelfs tevreden zijn. Van hen zouden verschillenden ook graag weg willen. Goed, ik zal niet al te veel in details treden.

Bewaren

Bewaren

Bewaren


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *