Deserteurs uit de Cooperativa Holambra

Er is goede cultuurgrond in Brazilië

Naast het weekblad De Nieuwe Eeuw was De Telegraaf één van de weinige Nederlandse kranten die de critici van het beleid van de leiding van Holambra aan het woord liet. Als vervolg op het artikel van 3 mei 1952 publiceerde de krant precies een maand later een verhaal waarin de “deserteurs” opnieuw aan het woord kwamen.

WIJ KREGEN wederom onder ogen een uitvoerige correspondentie van slachtoffers der landbouwcoöperatie-Heijmeijer in de Braziliaanse staat São Paulo. “Intellectuelen en semi’s zwermden op de fazenda neer”, schrijft men. “Deed men echter een beroep op dit organisatorisch apparaat, dan bleek het telkens weer te kort te schieten. Iedereen projecteerde en organiseerde en niemand kende zijn plaats in dit ingewikkelde bestel.
Vele boeren begonnen toen al te vermoeden, dat ’t met de Cooperativa Holambra niet zo bijster goed ging. Het eerst ontevreden werden natuurlijk zij, die er een behoorlijke duit in hadden zitten. Eenmaal in Brazilië aangekomen konden zij geen enkele invloed meer doen gelden op de algemene gang van zaken, noch op het financieel beleid.
En nu is door de Commissaris, het eigenlijke bestuursapparaat, wel te onderscheiden van het bestuur, bijna ongewijzigd overgenomen. De vertrouwensmannen van de boeren hebben geen enkele reële invloed. Het probleem van Ribeirão is niet in de eerste plaats van financiële of economische aard. Het vertrouwen is weg. En niet alleen het vertrouwen van de kolonisten in de onderneming, maar –  wat erger is –  ook het vertrouwen van Braziliaanse zijde”.

Velen gedeserteerd
VELE kolonisten vertrokken en anderen hopen op een gunstige gelegenheid om de plaat te poetsen. De laatste handtekening die zij geplaatst hebben, verplicht de deserteurs echter, om voor een opvolger te zorgen en er zullen nog maar weinig boeren in het nieuwe vaderland zijn te vinden bereid om zulk een hoge prijs te betalen voor de post van rechteloos zetboer op de Fazenda Ribeirão.
Het blijkt, dat zich reeds kleine kolonietjes hebben gevormd in Rio Grande do Sul en in het Noorden van de staat São Paulo. Deze worden door de achterblijvenden beschouwd als mogelijke steunpunten, wanneer het ook hun te warm onder de voeten zou worden.
“Er liggen hier goede kansen en voor iemand met voldoende kapitaal een zeer goede”, schrijft één dergenen, die zich daar hebben gevestigd. Want het geld is hier duur; de rente bedraagt 10 tot 12% en dan moet men ook nog een goede borg hebben. Een der oud-kolonisten van de Fazenda Ribeirão, heeft grond gekocht te Não me Toque, 24 ha. Het kostte 42 conto en ligt aan een weg, die naar Porto Alegre voert, dat echter nog 270 km verder ligt; men moest bij de beschrijving 10 conto betalen, bij de aanvaarding nog 5 conto, het volgende jaar 8 conto, daarop nog 8 dan 7 en ten slotte de rest. Het huis moet er nog gebouwd worden, (een conto is officieel ongeveer ƒ 200 in Nederiands geld).

Goede grond
“HET land dat wij hier hebben”, zo schrijft hij verder, “is van zeer goede kwaliteit en geeft  als het goed bewerkt is,  na één of anderhalf jaar zeer goede vruchten, mits dan bemest met 200 kg super per ha. Aardappels groeien hier goed, mits op goed bewerkte en bemeste grond, die een paar jaar in cultuur is. (Super kost hier ƒ 30 per 100 kg). “Ik heb mijn lidmaatschap opgezegd”, schrijft een teleurgestelde kolonist naar familie in Brabant. “Volgens de statuten die elk lid van de coöperatie in zijn bezit moet hebben, moeten ze dan 30% van het gestorte geld uitkeren. Voor een storting, die meer dan 100 conto bedroeg, 100 conto plus 30%. Doch niemand krijgt hier iets terug. Alles wijst er op, dat zij het zó hebben ingekleed, dat men er niets aan kan doen.
Ik had, toen ik mijn lidmaatschap opzegde, de maïs, mijn eerste oogst, binnen. Ook de rijst. De luchtbandenwagen heb ik verkocht voor 14½ conto. De rijst voor ongeveer 4,5, de maïs voor 3, twee paarden voor 3,8, 225 kippen voor ongeveer 6.750; alles bij elkaar 40-45 conto met het gespaarde geld voor levensonderhoud. Dus van het geld gestort bij de coöperatie niets terug. Ik stortte 13.180 gulden, heb meer dan 2½ jaar hard gewerkt, alle moeilijkheden meegemaakt, zuinig geleefd en niets terug.

“Die neem ik mee”
DE tractor mocht niet van de fazenda. Ik heb daar een derde part in, maar ik had niets in te brengen. Ik mocht ook die vleugel-eg niet meenemen, maar ik zei: “Die neem ik mee, wat er ook gebeurt”. Ook R., die met mij was vertrokken, heeft geen cent terug gehad en nog een ander. Er zijn pl.m. 32 vertrokken. Dat betekent een derde van allen die de fazenda eerst bewoonden. De meesten hiervan zijn gehuwd. En dan hoor ik hier, dat er in Nederland nog reclame gemaakt wordt voor de Fazenda Ribeirão. Dat is heel erg. Ik hoop dat er niemand invliegt. Als ik, toen ik Nederland verliet, direct naar hier (Não me Toque) was gegaan had ik er zeer goed voorgestaan. Toen was de grond hier ook nog veel goedkoper. Ik ben thans geen ƒ 50 meer rijk. Geld is hier niet te verdienen met handenarbeid. De grond van ons bedrijf is mooi, maar die geeft pas over twee jaar en al die tijd moet er toch geleefd worden. Als alles in en op de fazenda vlot had gelopen, wat zeer goed had gekund, waren ik en vele anderen in 10 jaar er flink boven op geweest en dan hadden we niet hier naar toe hoeven te komen”. Dit zijn brieven van eenvoudigen: we hebben er meer zulke, we hebben ook officieuze uiteenzettingen van hetgeen er is gebeurd.


2 gedachten over “Deserteurs uit de Cooperativa Holambra

  1. Els Nijhuis-de Haas Beantwoorden

    Hallo,
    Graag lees ik jullie verhalen. Mijn vader Bert de Haas uit Eersel is eind jaren 40 naar Brazilie gegaan om daar een boerderij te beginnen. Hij heeft het een jaar volgehouden. Hij had het altijd over de Fazenda en Sao Paulo. Hij was daar door bemiddeling van Mgr. de Haas wat een familielid van mjn vader was. Hij vertelde weinig over die tijd en is in Eersel boer geworden in 1951.Mocht iemand misschien mijn vader gekend hebben zou ik het graag horen. Hij leefde van 1920-2001.
    Succes met jullie verhalen!!!!!

  2. Melis Beantwoorden

    Mijn vader was de eerste met nog twee gezinnen in Nao–Me-To que

Laat een reactie achter bij Melis Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *